14 jaar

"Erik, wakker worden! 't Is tijd!"
Erik wrijft z'n ogen uit en kijkt op z'n wekker.
O, nog twintig minuten.

Hé, zeg, wat was 't gezellig gisteravond!
En nou naar de kerk, wat een afgang…
Shit, 'k heb geen barst zin.

Wat moet je daar nou mee, in deze tijd?
Ze lopen een beetje te huichelen, met hun mooie smoelwerk.
En op maandagmorgen? Ho maar…
En begrijpen doen ze me toch niet.

Kom nou, jongens, ik denk maar zo:
Pluk de dag en geniet van het leven, nu kan het nog.

Wat een gezeik!
Elke zondagmorgen hetzelfde liedje:
Je moet naar de kerk.
Denk je nou echt,
denk je nou echt, dat ik me druk maak over de vraag,
of God wel of niet bestaat?
Trouwens, ze zeggen dat God liefde is.
En al die rotzooi op de wereld dan?

Het enige voordeel is: lekker wegdromen onder de preek!
Over van alles en nog wat.

Kijk, ik ga, omdat m'n ouders dat willen,
maar als 't aan mij lag, ging ik helemaal niet.
Om de lieve vrede wil dan maar.

Als ik later achttien ben, ga ik niet meer!
Dan kunnen ze de pot op met hun kerk
en dat vrome gedoe.

Nou ja…,
later, als ik getrouwd ben.
Misschien een paar keer,
want tenslotte moet je kind toch gedoopt worden.

Hoor nou, ze staan weer te roepen.
Daar gaan we dan…
Eerst een peuk,
en dan netjes in het gelid naar Gods huis.

Maar goed,
over een dik uur zijn we weer thuis.
Koffie, en dan is 't mijn dag.
O zo.

-Kerkgang een uitdaging
of een belasting?

Cees van Wijgerden