Alleen in mijn cel kan ik mezelf zijn.
Dan ben ik alleen met m’n pijn.
Dan speel ik geen verstoppertje meer.
Dan gaan mijn gevoelens weer tekeer.

Ik begin dan te dromen.
Zelfs te huilen.
Ik hoef mij voor niemand te verschuilen.
Mijn tranen kan ik laten gaan.
Alleen dan besef ik dat mijn gevoelens nog bestaan.

De tijd is gekomen.
Om stil te staan.
Bij alles wat ik ooit verkeerd heb gedaan.
Het was misschien geen opzet.
Ik deed mensen pijn, dat heb ik nu gevoeld.

Zal mijn familie nog warmte kunnen geven.
Kunnen zij mij ooit vergeven?